traduire

donderdag 24 november 2016

De kleine en de grote post





Vermits ons huis eindelijk in de steigers staat, er een kraan tegen de voorgevel rust, je met moeite je wagen kan draaien omdat we in een doodlopende steeg wonen, dacht ik dat het misschien menslievend zou zijn om de postbode die moeite te besparen en aan het postkantoor in Castelnau te vragen of ik misschien best geen postbus zou huren voor een maand.
De post is hier een bron van ergernis. Je moet volledig ZEN zijn om er naar toe te gaan om bijvoorbeeld postzegels te kopen of een pakje te versturen. Ik heb al menig gezelschap doen gieren van het lachen bij het in scene zetten van een sketch hieromtrent. Het is hilarisch, zonder meer.
Maar Catherine, onze vrouwelijke postbode verdient het dat we haar sparen. Vandaar.

Ik ga naar het kleine , vernieuwde postkantoor in het dorp.
Het is een maand gesloten geweest wegen verbouwingswerken " pour encore mieux vous servir"...
Het is gewoon lelijk. Lelijk verbouwd en onlogisch. Het is zo onlogisch dat de voordeur vol papieren hangt met berichten wat je moet doen of vooral niet moet doen om er binnen te geraken.
"Sonnez pour entrer"; tot daar aan toe.
Maar WAAR moet je bellen?
Na enkele andere berichten te hebben ontcijferd lees ik " poussez sur le bouton vert".
Er is geen bouton vert, alleen een bouton rouge.
Recht voor mij zit de postbeambte te telefoneren en druk te gebaren dat ik moet duwen op een knop.
Ik duw me ziek, niks.
Ten lange leste lukt het me toch en voel ik me al totaal onnozel en incompetent als ik het lokaal betreed.
De mevrouw is nog altijd druk aan het telefoneren. Er staat voor mij een jonge man op één been aan de toog te wiebelen, verzet zich op zijn ander been, wacht af tot de bediende de goedheid zal hebben om haar telefoongesprek te beëindigen.
Ik kijk op mijn polshorloge, we zijn 12 minuten verder.
In het lokaal hangen grote posters waarop  de efficiëntie van de post  geprezen wordt, wat ze allemaal voor ons doet, hoe belangrijk ze is in ons leven van elke dag.
Ik zucht.
De man voor mij ook.
Excusez-moi, c'était ma responsable,zegt de postbeambte.
Maar ik begrijp niet waarom dat een gefundeerd excuus zou zijn.

Eindelijk is het aan mij.
Ik leg de thuissituatie uit en vraag dus of ik zo'n hokje kan huren voor een maand.
De dame achter het loket bekijkt me alsof ik haar om een zak goud gevraagd heb.
Dat is heel duur hé mevrouw, op jaarbasis kost dat 82,5 EURO.
Ok, zeg ik, maar voor een maand zal dat dus 10 EURO zijn of zo en dat vind ik best hoor.
Ik weet niet hoeveel het kost,zegt ze.
Kan je het voor me uitzoeken ?, vraag ik.
Ze begint op haar computer te tokkelen en vraagt mijn naam.
Ik begrijp niet waarvoor dat nodig is, maar ik slik mijn commentaar in.
Op slag zeg ik haar dat Jan zijn naam ook in aanmerking moet komen op die postbus.
Dat is een probleem. Ze kan geen twee namen invoeren voor één bus.
En een Spanjaard dan, vraag ik, die heeft altijd een dubbele naam, toch?
De mevrouw bekijkt me nu als een koe op een elektrische trein, zoals Jan pleegt te zeggen.
Ja ik kan het niet vinden mevrouw, ik kan u de prijs niet zeggen, maar we kunnen wel gewoon voor U de post bijhouden.
Wel, laat ons dat dan doen,zeg ik. In feite wou ik dat niet, want dat betekent- zo stelde ik me dat immers voor- dat ik dagelijks in de wachtrij zou staan- en de wachttijden kunnen zoals hierboven aangetoond oplopen ! - en dat wou ik dus vermijden.
Ze draait zich om om een formulier te pakken , want dat moet je verplicht invullen als je die optie wil.
Oh, de formulieren zijn op, ik zal ze aanvragen in Cahors. Kan U overmorgen terugkomen? ,en ik zag dat ze blij was dat ze van mij vanaf was.
Laat maar mevrouw,zei ik, ik rijd zelf wel naar de grote post in Cahors sud ! Dat zal rapper gaan, dacht ik bij mezelf.

10 kilometer verder gereden dus, naar het rond punt van Cahors sud en daar lieten ze me ook wachten, tot ik doorhad dat ik op een rode knop moest duwen om bediend te worden.
Ze kwamen met twee, de postmeester en een kaderbediende.
Ik leg de situatie uit.
En ook dat ze in Castelnau, in de kleine post, geen formulieren meer hadden.

Madame, zei de kaderbediende op strenge toon , poste restante betekent dat U bij elke brief die U ontvangt zal moeten betalen...
Ik kon me dat bijna niet voorstellen, maar bon, als ze het zegt.
En als we uw post moeten bijhouden, ging ze streng verder, dan doen we dat 14 dagen ( 15 jours in Frankrijk, ze hebben kennelijk altijd 1 dag meer nodig dan een Vlaming) maar dan betekent dat eveneens dat U gedurende  die 14 dagen uw post niet kan inzien. Met andere woorden, U kan niet dagelijks uw post komen afhalen...
Wat kwam ik daar dan feitelijk doen, dacht ik bij mezelf.
Ik had zo de indruk dat ik door mijn "menslievend voorstel" iedereen problemen bezorgde...

Wat stelt U dan voor?  vroeg  ik, kennelijk onder de indruk van de boze blik van de postmeester.
Wel, hebt U geen doos , een waterdichte, waarop U in grote letters uw naam schrijft en die U bij een buur zet? En dan zullen we een papiertje schrijven voor de postbode - ze neemt prompt een gerecycleerd papiertje, een vodje feitelijk, en een pen - en dan zal die uw post tot...ja tot wanneer ? 

Tot 31/12/2016 , repliceerde ik.

Wel OK tot 31/12/2016 , tot dan zal ze uw post daarin leggen.

En dat was het.

Waarom had ik nu het gevoel een lastpost te zijn in plaats van een bruggenbouwer?
Je me le demande !!!! 


( zie ook 'la poste' en andere administratieve diensten , post van 9/7/2012 )