traduire

woensdag 30 januari 2013

En je wordt ouder....


En dan is het weer zover en voor je het weet ben je een jaar ouder.
En ik heb het gevoel dat ik ouder word dan iemand anders omdat ik tenslotte de oudste ben van 5 ...
Soms heb ik na een inspanning pijn in mijn gewrichten.'Ik vreesde er al voor' zei de dokter,' is volledig normaal op uw leeftijd'.
Ik voel aders kloppen in mijn dij en een vriendin die 'veinologue' is, zei 'Tja, hoe oud ben je nu?'. Ze moest niets meer zeggen, ik wist al hoe laat het was.
Of midden in een tentoonstelling voel ik een onbedaarlijke drang om mijn botten uit te schoppen , zo'n pijn twee tenen doen. Als je daarover spreekt bij de pedicuur zegt die doodleuk' Morton syndroom, normaal op uw leeftijd'.
Ik ging om een nieuwe bril .'Uw vergezicht zal bijna niet meer wijzigen, op uw leeftijd'.
Als ik 's avonds te laat eet kan ik niet in slaap geraken. 'Ja ,als je ouder wordt eet je best 's middags warm'.
Soms kan ik 's avonds hondsmoe zijn omdat ik verschillende dingen ondernomen heb. 'Normaal hé, wat jij allemaal doet op jouw leeftijd'.
En tegelijkertijd moet ik glimlachen als ik terugdenk aan mijn meme die zei ' als je eens zo oud zal zijn als ik, dan voel je overal wel iets!'
Mijn vader voelt al heel zijn leven overal iets.
Tot ik hem zei 'pa, de dag dat je niets meer voelt, ben je dood'!
Eén van de zeldzame keren dat ik hem deed lachen ,zie.
Ik word dus oud en tegenlijkertijd voel ik me nog exact dezelfde als gisteren. Bizar.
Dat zal de leeftijd zijn zeker?

zondag 27 januari 2013

het zit in de familie

Mijn papa belde deze avond. Of ik hem een dienst kon verlenen ?.
Ik herinner me dat hij ons soms vroeg " wil je iets voor me doen?". Toen we hem dan vroegen wat we wel moesten doen, dan wou hij dat niet zeggen. Je moest onvoorwaardelijk "ja" of "neen" zeggen. Je wist niet waarop je ja of nee zou zeggen...Heel oneerlijk vond ik dat.
Maar goed, zo zat hij in elkaar.Zo zit hij gewoonweg nog steeds in elkaar...
Dus , als hij me nu, na 56 jaar vraagt "wil je iets voor me doen"? , ja dan steiger ik al op voorhand, want God weet wat het wel kan zijn, en je weet niet of je ja of neen moet antwoorden.
Maar al bij al viel de boodschap nogal mee.
Hij vroeg me hoe het met Gustje ging.
" Het is een bleiter ,pa!"
" Kind, zo was jij ook !"
Er viel een grote stilte.
"Ik ? Een bleiter?"
" Amai nog nie! Jij kon wenen, dat ik me herinner dat je mama en ik aan je wieg stonden en dat we allebei beginnen wenen zijn, omdat we ten einde raad waren en niet meer wisten wat we moesten doen om je weer te doen lachen"
Ja inderdaad, ik herinner me dat verhaal.
En dan bedenk ik hoe leuk het toch is dat je nog een ouder hebt die je zoiets kan vertellen.
Enfin, leuk vind ik dit verhaal nu niet bepaald.
Want ik kan me druk maken om Gustje zijn huilbuien, daar waar ik daar überhaupt geen last van heb.
En dan maar zeggen dat mijn schoonzoon Stienus ook zo'n huilebak was !
Ben ik helemaal mezelf in het verhaal vergeten, neen maar!

Dus, moraal van het verhaal: het is niet omdat je een jaar van je ouders hun leven tot een hel gemaakt hebt dat je daarna een onhebbelijk kind wordt...enfin dat hoop ik toch dat ik nu niet door het leven ga als een huilebak.
Moed houden, daar komt het op aan.
Moed houden, denk ik maar met een glimlach...ik zal het later aan Gustje wel vertellen.

woensdag 23 januari 2013

And it all comes back to me now (Céline Dion)

Wat zo'n droeve gebeurtenis allemaal teweegbrengt, het maakt me stil.
Eerst nam ik bij het stofafnemen de twee dozen in de hand : "voor Philippe" en "na Philippe". En ik bedacht dat mijn vriendin nu ook twee dezelfde dozen zou hebben.
Aan tafel herinnerden we ons de pas overleden Philippe waarbij ik de bedenking maakte dat het hard moet zijn zo jong te sterven, 40 jaar.
Tot het plots tot me doordrong dat mijn Philippe pas 43 was toen hij stierf, dit jaar weer 17 jaar geleden.
Ik was er echt door van slag. Ik had er in feite nooit zo bij nagedacht dat hij toch wel heel jong overleden was.
Op de radio hoorde ik de nieuwe hit van Céline Dion en daarna de oude " and it all comes back to me now", 17 jaar gelden een enorme hit en een houvast voor mij op dat ogenblik.
Op Tv keek ik naar " de rechtbank" en weer zag ik Philippe voor me als Openbaar Ministerie, wat was ik graag in zijn plaats geweest, hoezeer had hij het moeilijk met die job. Die gemengde gevoelens hebben me sonds zijn dood nooit meer losgelaten.
Had ik? Zou hij? Was het beter geweest? Of niet? Zou ik? Had hij? Was het een slecht idee? Was het een goed idee geweest?
Het werd 14.30h en ik werd weer stil, bedenkend hoe zwaar het nu zou zijn voor mijn vriendin en haar familie, nu ze allen verenigd zouden zijn in het crematorium. Mijn zus zal er zijn en zo toch een stukje van mij.
Gisteren belde ik mijn vriendin en stuurde ze me haar tekst, die ze zo graag zou voorlezen, als ze het tenminste op dat ogenblik zou kunnen.
Ik voelde me zo bevoorrecht, ik was zo dankbaar dat ze haar verdriet met mij wou delen. En de tekst was zo mooi, daar heb ik geen woorden voor.
We spraken over de dood en wat het met ons deed.
Welke misverstanden er op dat ogenblik rijzen, omdat je doodop bent en tegelijk klaarwakker, alsof de adrenaline door je aderen stroomt en je later, veel later ineen zal klappen als je eenmaal alleen thuis bent.
Want die eenzaamheid , na de dood van een geliefde, die kan je niet communiceren. Het is zoals een inwijding. Je moet het meemaken om te voelen wat het is. AL wens ik niemand die ervaring toe. Niemand.
Vaar wel Philippe !
Vaarwel allebei !

vrijdag 18 januari 2013

Hier sneeuwt het weer...

Nog altijd alerte orange. Nu sneeuwt het weer en toen ik vanmorgen mijn dagelijkse wandeling met de jongens maakte, kraakte de bevroren sneeuw onder mijn warme botjes die ik in Keulen gekocht heb. Ik ben er zo blij mee, een topaankoop!
Sinds zijn akelige avontuur blijft Spotje dicht bij me op wandeling, je zou voor minder.
Cartouche trekt er zich niks van aan en doet driemaal de afstand die ik afleg. Hij komt dan redelijk afgepeigerd thuis en slaapt tot 's middags , uur waarop hij een 'aperitiefhapje' krijgt waarna hij weer gaat siësten tot een uur of vier, uur waarop hij zijn hoofdmaaltijd in een mum van tijd verorbert.
Vanmiddag zou het dooien en daarna heel hard vriezen vannacht.
Het regent ( of sneeuwt) hier mails over afgelaste vergaderingen van diverse kringen waar ik deel van uitmaak en plots heb je dan een 'zee' van tijd om na te denken.
Te bedenken dat ik wat graag naar België zou gaan volgende week woensdag om er te zijn voor mijn vriendin die haar zoon verloor. Voor Aude om haar te helpen nu Stienus geïmmobiliseerd is. En dan voel ik dat ik ver weg ben van zoveel mensen die ik liefheb.
Tegelijkertijd is het natuurlijk ook niet realistisch om in deze weersgesteldheid op pad te gaan en Jan alleen te laten in deze toch wel afgelegen vallei. Stel dat hij uitglijdt bij het binnenhalen van het hout ( neen, nogmaals we hebben geen centrale verwarming en toch is het binnen 23 graden, dus ons hoor je niet klagen) , of dat hij zoals een drietal weken geleden gebeurde gewoon een verkeerd manoeuver maakt en moeilijk kan gaan, tja dan heeft hij mij nodig . Het is gewoon niet verantwoord hem alleen te laten ,omdat ik het me nooit zou vergeven indien er zich in mijn afwezigheid een andere catastrofe zou voordoen, want 'dan ben ik nog verder van huis' en dat mogen jullie echt letterlijk nemen in dit geval.
Probleem is ook dat vliegtickets op zo'n korte termijn duur zijn, meer dan 300 euro enkel, dat kan tellen voor een gepensionneerde zoals ik. We wonen zo'n 110 km van Toulouse, dus daar moet je ook eerst nog geraken...
Elyane belde me zopas.Elyane is een Belgische vriendin die in de Dordogne woont, nabij Sarlat en die ik toch wel maandelijks zie. Ze belde om te vragen hoe het bij ons gesteld was in de vallei. We kwamen beiden tot hét besluit dat je je niet kan voorstellen waarover we spreken als je hier nog nooit bent geweest. De grote invalswegen worden vrijgemaakt, maar 'een grote invalsweg' bevindt zich op zo'n 17 km van mijn huis. Van hier tot aan de Nationale 20 rijd je gemakkelijk een uur. Het stijgt en daalt,het draait en slingert,je ziet auto's op hun dak in het veld liggen, de mensen rijden op een bàngelijke manier. Neen, je blijft beter thuis.
" heb je genoeg eten in huis?" ,vraagt Elyane.
" ja hoor, ik kan zeker een maand voort. En jij? "
" Pff! Ik, twee maand!"
Waarna je langs weerskanten een bulderlach hoort weerklinken.
En mijn gevoelens gaan op én neer,van links naar rechts,ik word horendol van mijn eigen gedachten, schuldgevoelens,plots realistisch besluit niet te gaan, afgewisseld met een plotse neerslachtigheid dat ik beter alles zou achterlaten en toch ga.
Wat moet je doen in zo'n geval? Wat doe je best niet in zo'n geval?
Ik blijf dus hier, bij de stoof en schrijf en bel en probeer op die manier te tonen dat ik er toch een beetje ben. Een beetje maar,ik weet het,het is niet genoeg.

donderdag 17 januari 2013

Je hebt zo van die dagen...

Je hebt zo van die dagen dat alles precies tegen zit. Dat je net van het ene ongeluk in het andere valt en waarbij je 's avonds in je zetel gaat zitten en denkt : " Alsof het nog niet genoeg is...".
Zo'n dagen waren het dus eergisteren en gisteren.

Ik zou weer eens brood bakken. Er werd sneeuw aangekondigd en dan kunnen we niet zo makkelijk naar het dorp. We wonen namelijk in een vallei en de bochten ernaar toe zijn grillig en haarscherp. Sommige vrienden en kenissen die hier langs komen laten ofwel hun man naar boven rijden met de wagen, of wisselen na de bocht van chauffeur. Raar maar waar. Ik heb de bocht nooit beangstigend gevonden, en ik tjees er dan ook heel vlug doorheen. Té vlug zegt mijn zus . Té wild zegt Jan. Té dus. Tot daar aan toe .
Om brood te bakken maak ik deeg in mijn Thermomix. Mijn Thermomix en ik dat is een begrip. Het is een soort wondermachine dat zo goed als alles kan; koken,stomen,kloppen,mixen,verpulveren,noem het op en het doet het.





Alle ingredïenten zaten erin om te beginnen "kneden", zoals gewoonlijk loop ik rond en laat de machine een vijftal minuten doen. Plots hoor ik een geweldige "boink" en ik realiseer me dat de Thermomix gevallen is ...Bevend als een rietje ( alhoewel riet in mijn geval iets realistischer is) ga ik in mijn piepklein keukenlaboratorium achter de hoek kijken: de machine ligt op de grond. Ik raap ze op, steek ze onmiddellijk in het stopcontact , ze werkt nog !!!! Oef!!! Twee stukjes af langs de kant, maar ze marcheert nog en dat is het belangrijkste.

Nicole aan wie ik het verhaal vertelde had dan weer voor dat ze een kooltje mee had opgestofzuigd , met als resultaat dat haar stofzuiger in brand stond ( ook hilarisch natuurlijk).


Je hebt zo van die dagen dat alles tegenzit.
Zo ook gisteren dus.

Gisteren morgen hadden we allebei afspraak bij de oogarts. Het sneeuwde weliswaar maar Paul Frédéric Cassez van radio 100 % had gezegd dat dat niet lang zou duren en dat er dan regen zou vallen en dat de sneeuw dus niet zou blijven liggen. Maar het sneeuwde nogal hard en dus vertrokken we vroeg genoeg naar Cahors, liever dan het rendez-vous af te zeggen. Je moet hier echt lang wachten om een afspraak bij een oogarts ( of andere specialist) te bekomen. We vertrokken dus al om 9 uur om er om 10 uur te zijn. We kwamen pas om 10.15u in het kabinet aan. Na heel wat gesakker van Jan dat het nog zooooooo ver te voet was vanaf de parking, dat ik de volgende keer beter moet weten waar het juist is, dat het onbegonnen werk is met mij, dat hij volgende keer zelf zal kijken...je passe les détails.
Het was de eerste keer dat we bij de oogarts in Cahors gingen ,een man met een Vlaamse naam, dr. RAMMAERT, inderdaad met Kortrijkse voorouders. Terwijl hij onze ogen onderzocht heeft hij ook : gebeld naar de kliniek , afdeling boekhouding omdat ze hem 2400 EUR aanrekenden voor lokalen die hij niet gehuurd had; naar zijn vrouw om te zeggen dat ze zijn auto kon gebruiken, dat de sleutel op de tafel lag, dat de wegen goed berijdbaar waren, dat hij om 19.30u na zijn kineafspraak zou thuis zijn en dat als ze nog iets nodig had ze maar moest bellen dat hij het zou meebrengen; dan heeft hij naar een tweet gekeken op zijn GSM en wisten we meteen ook dat er een helicopter tegen een gebouw was gevlogen in het centrum van Londen.
Toen dat allemaal gedaan was hadden we een voorschrift om nieuwe glazen te gaan kopen.
We zijn naar de optieker geweest en waren onmiddellijk het bedrag van één van onze beide pensioenen lichter, zonder dat we voor een Dior of D&G bril gekozen hadden, een simpel montuurke en varilux glazen...
Om de pil te verteren zijn we iets gaan eten in de stad.
En dan terug naar huis.

Je hebt zo van die dagen dat alles tegenzit.
Zo ook gisteren dus.

Na een uurtje rijden, want de sneeuw bleef maar komen en ook de Franse weermannen kunnen het dus behoorlijk mis hebben, de sneeuw bleef immers liggen en nam serieuse proporties aan, bereiken we eindelijk de grillige, haarscherpe bochtenweg aan ons huis.
Een enorme tak was bezweken onder het gewicht van de sneeuw.


We moesten de auto laten staan en te voet verder gaan.Andere kleren aan, honden klaarmaken om mee te gaan en de zaagmachine erbij gehaald .
Zagen maar en stapelen.
Auto vrij.


Je hebt zo van die dagen dat alles tegenzit.
Zo ook gisteren dus.

Na het zaagwerk mochten "de jongens" toch ook iets hebben.
Nicole had me 's morgens foto's opgestuurd van " de meisjes" die een winterjasje aanhadden , dus heb ik Spotje ook zijn rood winterjasje aangedaan om te gaan wandelen...Dat had ik echter beter niet gedaan en ik geef als raad aan mijn vrienden om hier in de midi dat jasje mooi aan de kapstok te laten hangen , want:
terug thuisgekomen was Spot in geen mijlen te bekennen en ik was onmiddellijk ongerust ( wat zeldzaam is als de jongens alleen op stap gaan) omdat ik plots een beeld voor mij zag van SPot die met dat rode jasje wel aan een tak zou kunnen blijven hangen...inderdaad dus.
Drie maal ben ik de helling opgeklommen tot boven aan de weg , al roepend en tierend "Spotje, waar ben je" . Ik had zelfs de indruk dat ik gepiep hoorde. Jan wou met de auto ( jeep 4x4) komen aanrijden, maar hij geraakte de berg niet op, zo glad was het !
Tenslotte ben ik van boven in de vallei afgedaald en Jan is me langs de andere kant tegemoetgekomen, niks geen Spot te zien. Cartouche gaf ook geen enkele tip waar hij zich wel zou kunnen bevinden. Tot ik iets klein zag in de verte waarvan ik hoopte dat het zijn kopje was...ik durfde het gewoon niet te opperen aan Jan, uit vrees te horen dat het enkel twee takken waren. We riepen, maar geen reactie. Toch gingen we ernaar toe , aan de overkant van de vallei met onze benen tot aan de knie in de sneeuw die maar bleef komen en liggen! Ja het was Spot. Waarschijnlijk had hij zich vastgehaakt aan iets en was de elastiek rond zijn poten en lijf gedraaid, in elk geval hij kon zich niet meer verroeren. Hij jankte niet, blafte niet, was precies volledig in schock ! Maar eenmaal los sprong hij gezwind met ons mee ( alhoewel wij nu niet precies sprongen ! we waren eerder kapot van drie uur te wroeten in de sneeuw) .
Om 17.30u waren we thuis en waren we zo moe dat we onze benen niet meer of te veel voelden.Ik vroeg me dan ook af waarom ik überhaupt naar de oogarts geweest was om een nieuwe bril : ik heb Spot gezien op 50 m afstand !


Je hebt zo van die dagen dat alles tegenzit.
Zoals gisteren dus.

Rond halfacht belde Aude om te zeggen dat Stienus gevallen was met Gust terwijl hij buitenstapte bij de pleegmoeder : open plaaster rond zijn arm die waarschijnlijk gebroken is....Aude kleedt nu 's morgens eerst Stienus , daarna Gust ,kwestie van gewoonte!

Je hebt toch soms van die dagen hé !!!!

Vandaag ligt de sneeuw er nog altijd. Alerte orange zeggen ze , wat zoveel wil zeggen als : blijf thuis ! Alles wat moet doorgaan is afgelast , geen openbaar vervoer, geen school, mensen bellen naar elkaar om te vragen hoe het gaat. Enkel de computer doet het. Wat moet dat vroeger toch geweest zijn zonder internet of telefoon. Ik vraag het me af.
Maar dan hadden ze geen auto om weg te rijden en stapten ze rond de gevallen tak heen.Gingen ze niet naar de oogmeester en kochten ze geen bril. Droegen de honden zeker geen 'frakskes' om blijven vast te hangen. Gingen de mannen niet om de babys want die bleven thuis bij hun moeder.
En toch denk ik, ik weet niet waarom, dat ook mensen in die tijd zo van die dagen hadden dat alles tegen zat, of niet soms ?

woensdag 16 januari 2013

en plots viel er een witte stilte op de grond

Vannacht heeft het hard gesneeuwd en er is vanalles gebeurd. Maar dat verviel allemaal in het niets toen Dette belde. " Philippe is gestorven" , zei ze. En er viel plots een witte stilte op de grond. Want Philippe was 40 jaar oud en heeft een korte pijnlijke strijd gestreden en verloren. We wisten allebei niet goed meer wat we elkaar moesten vertellen Dette en ik. Hij was de zoon van één van onze oudste gezamelijke vriendinnen. Ik ging haar opzoeken in Belgïe begin december en toen heb ik heel even Philippe gezien, die zijn hand opstak toen hij terugkwam van een nieuw onderzoek in het UZ. Hij zei enkel " Hallo", hij had de moed niet om nog eens de compassie in iemands ogen te zien die hem zeker domweg zou gevraagd hebben " En, hoe gaat het?". Want het antwoord zou steevast "Heel slecht" geweest zijn. Mijn vriendin had gekookt , wou thuis zijn voor haar zoon die trouwens bij haar inwoonde. Hij had haar misschien nodig die dag , wat ik heel goed begreep. En ondanks alles hadden we een leuke namiddag en ik was zo blij om haar heel eventjes maar haar droefheid en wanhoop te hebben laten vergeten. Want wat doet dat met een mens? Een kind dat sterft ? Wat doet dat in 's hemelsnaam niet met een mens, een kind dat sterft!. Ik zou haar zo graag wiegen in mijn armen om haar te zeggen wat een goede moeder ze was. Dat er toch nog steeds hoop is in de wereld, dat ze moedig moet zijn, eens te meer, voor diegenen die overblijven. Maar dat zou waarschijnlijk niet helpen. Dus speciaal voor hem dan, vandaag :
Je kijkt over het land de ontelbaarste keer in je leven naar waar het ophoudt. Je zegt tegen ons, dit is het grensland. Het laatste van de aarde hier om ons heen. Je zou willen weten wat voorbij daar is, voorbij het steeds maar weer zichtbare zelfde.
Rutger Kopland

maandag 14 januari 2013

De deur ging altijd open

Nu ik bezig ben met het opstellen van de uitnodigingsbrief voor ons 40 jarig jubileum ( zolang al afgestudeerd aan het Koninklijk Lyceum Aalst) en ik de lijst van medeleerlingen doorloop, sta ik bij elk van hen even stil om me trachten een beeld te maken van hoe ze eruit zagen en wat ik me van hen herinner. Eerlijkheidshalve moet ik al onmiddellijk bekennen dat er sommige mensen zijn die ik me helemaal niet meer herinner, zelfs de naam zegt me niks. Ik panikeer niet ,want uiteraard hebben we de lijsten van Moderne en Klassieke afdeling samengezet, wat maakt dat er sommigen onder hen voor mij nagenoeg onbekenden zijn. Dus, no panic. Anderen zijn overleden,zoals Maria en Linda en die kende ik dan wel vrij goed. Linda ging zelfs met mij een ganse tijd verder op de VUB en werd advokaat. Of Frans, die met mij ook op diezelfde universiteit rechten studeerde en een dom ongeval had bij hem thuis ..ja, er zijn er al een paar niet meer. En dan zijn er al diegenen die ik graag eens zou weerzien om te weten hoe hun leven de laatste tien jaar gelopen is. Want tien jaar geleden hebben we elkaar ook weergezien, anderen waren er dan weer niet bij en misschien nu wel? Mijn eerste lief bvb, Rudy, de enigste jongen op een meisjesschool ...die ik zwaar onrecht heb aangedaan toen ik het na een maandje 'af zei', want feitelijk vond ik het niet zo boeiend om bij één iemand te zitten hand in hand. Ik was eerder een 'bendeleidster',iemand die heel graag heel veel volk rond zich had, die graag plezier maakte en deed lachen. Heel lang dacht ik dat een dag zonder lach een verloren dag was. En dan zijn er diegenen die ik het beste kende en die mij bijzonder goed kennen. Jan zegt het niks een reünie, verloren tijd, zegt hij. Je kent die mensen toch niet meer, hun leven is een gans andere richting uitgegaan, neen, voor hem hoeft het niet. Ik vind dat je er versteld van staat hoe goed juist jeugdvriendinnen je nog kennnen. Hoe goed ze je karakter kennen, hoe ze vergelijken hoe je geworden bent wat je bent. Zo ook Thessa. Thessa woonde in onze straat. Haar vader was longarts en daar moest ik vrij dikwijls heen voor desensibiliseringsinspuitingen tegen allergie. Hij werkte ook in hét hospitaal en zijn assistente was zuster Simonne, een jeugdvriendin van mijn meme. Ze woonden op een boogscheut van elkaar en meme ging haar maandelijks bezoeken in het klooster. Thessa was ook de enigste vriendin waar ik altijd heen mocht van meme. Ik mocht niét naar de bibliotheek,niet naar de muziekschool, niet met de fiets rijden, want ik zou maar eens kunnen verongelukken, of met 'een vreemde' meegaan! Nee maar. Maar naar Thessa mocht ik dus wel. En terwijl ik er zo over zat na te denken, bedacht ik dat ik twee maal kort na elkaar aanbelde, ik hoorde 'hallo?', ik antwoordde 'Gene' en ik hoorde de 'bzz' van de deur die openging. Het was een statisch herenhuis met een imposante ingang waar vroeger de koetsen konden inrijden. Je moest er rechts een paar trapjes op, dan deed ik mijn groene sloffen aan en ging de hele grote eikenhouten trap op, nog vlug roepend 'dag mevrouw' en dan met twee trappen tegelijk de trap op, tot aan Thessa's kamer. Even groot als al de rest met een eigen badkamer. In die tijd was dat de max, bij mijn grootmoeder was er geen badkamer... Ik klopte aan de deur en ging binnen. Thess zat steevast aan haar bureautje en duwde vlug haar lade dicht, zuchtend dat ze nog zoveel huiswerk had. Mijn huiswerk was al lang gedaan, Thessa las liever boeken,vandaar dat ze nog zoveel te doen had... En rond halfacht ging ik weer naar huis. 'Dag mevrouw !' En weg was ik. Maar nooit of te nimmer werd er mij aan de parlofoon gezegd dat Thessa niet thuis was. Nooit. Steeds ging de deur open en als Thessa er niet was, stond mevrouw Goossens bovenaan het trapje en zei ze me heel vriendelijk' Thessa is er niet Gene, kom straks terug '. Ik heb er nooit voor een gesloten deur gestaan en daarom zijn Thessa en haar ouders éen van mijn hele goeie jeugdherinneringen.

zaterdag 12 januari 2013

Alles is een kwestie van perceptie

Alles is perceptie. Hoe ouder ik word, hoe meer me dat opvalt. Mijn herinneringen zijn niet dezelfde als die van mij zussen bvb. De herinneringen aan mijn jeugd komen dikwijls niet overeen met die van anderen. Soms is dit ronduit beangstigend. Ik stel me dan dikwijls de vraag : "hoe kan ik zo verkeerd zijn in de herinneringen aan mijn jeugd?". Net of ik er niet bij was. Of erger, dat Alzheimer nu al toeslaat en ik het echt niet meer weet...Zeker als mijn herinnering van de hand wordt gewezen met zo'n overtuigingskracht , dat je voor minder heel stilletjes wordt en zwijgt en bij jezelf terade gaat van hoe het dan wel in het echt was. Enige verduidelijking is hier op zijn plaats. Toen ik met mijn zus en nichtje onlangs in Keulen was en we heel gezellig ontbeten in een klein hotelletje langs het water, vroeg mijn nichtje " Tante Gene, maar hoe moet ik dat nu zien? Wanneer ging jij dan naar huis, toen je bij meme woonde"? Ik woonde gedurende 17 jaar bij mijn meme en pepe en de andere 4 zusters en broer woonden bij mijn ouders, zo'n 25 km verder. Mijn zus antwoorde onmiddellijk in mijn plaats ( ik ben nochthans een heel vlugge, maar hier was zij me voor !) :" In de weekends natuurlijk !". De stelligheid waarmee ze deze "waarheid" poneerde liet me volkomen perplex staan. Nu ging ik wel soms eens mee naar huis, maar meestal kwamen mijn vader ( al dan niet vergezeld van mijn moeder) en soms alle, soms éen of twee zussen of broer op bezoek bij meme op zondag. Of al eens op vrijdagmiddag toen de apotheek gesloten was en papa langs kwam, bij zijn moeder en dus ook bij mij. Meestal was het zo. Maar in mijn zus'haar herinnering was het bijna nooit zo. Hoe kan zoiets nu, vraag ik me dan af? Anderzijds herinner ik me soms meer details van mijn "thuis" bij mama en papa dan mijn zussen en broer .Alsof ik die -voor mij- geprivilegieerde momenten wou vastankeren in mijn onderbewuste. Dergelijke details herinneren mijn zussen en broer zich dan weer helemaal niet. Misschien slaat mijn rijkelijke fantasie ( Jan's woorden) dan op hol, ik weet het niet. Feit is dat ik zondags om 11 uur naar de mis ging, daarna de 'patekes' ging halen bij de banketbakker, dan naar de 'Molenstraat' ging bij mijn grootooms en groottantes, daar altijd at op zondag, dat we 's middags meestal een uitstap deden, genre Oostende, het Zandtapijt, de bierfeesten, of dat ik al van 's morgens heel vroeg meeging om aan de kerk te gaan staan met een collectebus voor het rode kruis, tante Louise in uniform, ik ernaast. Of dat ik al van zaterdags bij tante Louise bleef slapen ( bij juffrouw Callebout op de Botermarkt, dat was zo sinds de tweede wereldoorlog...), want dat er op zaterdagavond een feetsje was van de bloedgevers mét tombola, of de Oudstrijders, of het NAK ( opgericht door nonkel Georges als reactie tegen het TAK) , of van de Weerstand en dat ik de boodschappen deed voor al die gezinnen die er een hemels plezier in schepten me soms 4 x ( of meer) over en weer te laten gaan tussen de schoenmaker in de Klapstraat, Malago op de Grote markt, de bakker op de Botermarkt, de electriciteitswinkel in de Nieuwstraat,Mouton ( Motonges uitgesproken in het dialect) in de Kattestraat, bij Zwaantjes in 't gat van de markt (sic) en dit alles om me maar bezig te houden. Tante Godelieve kwam ook meestal op zaterdag, met nonkel Julien en Hugo,Greta en Eric. Hugo die ik altijd graag zag komen, even oud als ik . Misschien weet hij het nog en kan hij me uit de nood helpen? Of misschien weten mijn jeugdvriendinnen het nog, Thessa en Mickey met wie ik momenteel druk doende ben om ons 40 jarig jubileum te vieren , 40 jaar afgestudeerd aan het Koninkijk Lyceum Aalst. Ook nog de tijd gekend tot mijn 14 jaar dat we op zaterdagmorgen naar school moesten . En dat de apotheek de ganse dag open was...dus ergens kon ik niet naar huis in de weekdends of men moest me komen halen. Wat mij betreft is er ook geen tussenweg : ik bleef meestal in Aalst en ging soms mee naar Opstal tijdens het schooljaar. In de grote vakantie ging ik meestal één maand met mijn grootooms en tantes mee op reis en de rest was ik aan zee bij mijn moeder en broer en zussen en in Aalst en in Opstal, al naargelang... Maar ik ging zeker niet elk ( ook niet één weekend op twee of drie of vier) naar "huis". Want mijn huis was in Aalst. Maar zie, mijn zus zegt dat het anders is . Alles is nu eenmaal perceptie. Beangstigend. Gewoonweg beangstigend.

donderdag 10 januari 2013

Het was zoals een ontploffing....

Aude,Stienus en Gustje zijn hier een week geweest tijdens de nieuwjaarsperiode. Ik keek er geweldig naar uit,zoals steeds. We hadden nog het babybedje van Rita staan, we zijn het park van de Engelse buren gaan halen, van Céline kreeg ik babyspullen en een heuse babystoel ( genre chicco wat in mijn tijd heel erg in de mode was en nu achterhaald is. Als ik die heerlijk zachte gecapittoneerde stoel vergelijk met de huidige ,heel onconfortabele triptrapstoelen, die heel 'in' zijn, want strak en strak hoort het tegenwoordig te zijń , dan was ik toch liever vroeger een baby dan nu, echt waar) , dus , kortom, bref, ik was klaar voor de invasie. Maar zie, bij de babystoel,het park,het verzorgingskussen, het babybed kwamen ook uit de wagen: een relax, een babybjorn,een maxicosi, een buggy,een sterilisator,babymelk, speciale flessen water ( ander water dan Frans water ?!) ,pampers ,alle babypakjes, tutten, tuttenspelden ,medicamenten,een babybad, een babyverzorgingskussen met plank om over het bad te leggen, een babybord en twee speciale babylepeltjes, nog wat groenten en fruit voor de 'warme maaltijd en de fruitpap', en gelukkig heb ik een thermomix die kan stomen, anders- geen moeite hoor !- hadden ze hun speciaal stoomketeltje ook meegebracht. Oef! Ze hadden natuurlijk ook zakken kleren mee voor hunzelf, en nog wat boodschappen die ik gevraagd had om mee te brengen en zie ,mijn kot stond VOL! Ik denk dat ik alle dagen een machien gewassen heb, getracht heb om Gust eten te geven,wat niet altijd succesvol is, en dan staan kijken vooral naar hoe dochterlief zich bereddert met die kleinzoon! Ze doet dat zo zorgzaam, zo vol empathie, ze bedenkt alle mogelijke redenen waarom Gust weent en is door het dolle heen als hij lacht en/ of schaterlacht. Want dat doet hij ook ,waarbij we allemaal wegsmelten uiteraard. Maar kleine Gust kan vooral heel hard en lang en luid wenen. Waarom, dat is de vraag. Er is helemaal geen reden soms, meestal zelfs... Ingrid, zijn andere oma vertelt dat ze Stienus eens op zolder gezet heeft om eindelijk eens van het gehuil verlost te zijn, misschien is dat dé oplossing voor Aude? Haar nachten zijn bijzonder kort , en op bepaalde momenten zit ze er echt door. Je zou voor minder. En dan is dat nog geen huilbaby hoor mama! Ik mag er niet aan denken. Dus ,ik was heel blij dat ze er waren en dat we samen nieuwjaar hebben kunnen vieren. De week was eens te meer té kort, maar...ik moet toegeven dat ik zo moe was van dat ventje en die ganse uitzet, dat ik ook blij was met het vertrek... Alhoewel ik ze nu ook wel weeral mis, nooit content zeker?