traduire

zaterdag 27 oktober 2018

Eliane Liekendael


12/12/1928-09/10/2018



Eergisteren konden we in de meeste kranten het overlijdensbericht lezen van Eliane Liekendael, de eerste vrouwelijke Procureur Generaal aan het Hof van Cassatie.
Wij, mijn zussen, mijn broer en ikzelf,wisten het al anderhalve week vroeger en Bernadette was op haar begrafenis. Intieme begrafenis. hoogstens 20 aanwezigen....discreet , zoals ze het gewild had.

Ze verwierf die buitengewoon belangrijke benoeming in 1996, een jaar om nooit te vergeten.

1996 was het jaar waarin Dutroux werd opgepakt, toch één van de meest spectaculaire moordzaken ooit, waarbij ons land in shock verkeerde.
Je zal maar op zo'n moment topmagistraat worden.

De artikelen uit de krant leren ons dat Eliane - want ik mocht haar Eliane noemen- onverzettelijk was, rechtlijnig, verheven boven het plebs maar wel moedig.
We herinneren ons het spaghetti arrest, Conorotte, Elio De Ruppo, de gevechtsvliegtuigen Agusta-Dassault,   Willy Claes, de inbeschuldigingstelling van Guy Coëme en de opheffing van de onschendbaarheid van Guy Spitaels...
Het is net eeuwen geleden.

Ja ik mocht Mevrouw Liekendael bij haar voornaam noemen.
Wij allemaal thuis trouwens.
Want Eliane was dé jeugdvriendin van mijn mama . Mijn overgrootouders en haar ouders hadden een villaatje in Stockel en zij beiden waren even oud.
Ze studeerden allebei rechten. Mijn moeder in Leuven en zij  in Brussel.
Die vriendschap hield stand.
Ondanks een volledige andere levensbestemming.

Eliane bleef vrijgezel en bouwde een carrière op in de magistratuur. Mijn moeder had 5 kinderen en hielp mijn vader in de apotheek.

We zagen Eliane zeker maandelijks, als het niet meer was.
En toen ikzelf rechten studeerde aan de VUB in 1973 , en zij op een boogscheut van de campus woonde op de Universiteitslaan , ging ik haar vaak opzoeken. Nooit onverwachts. Altijd op afspraak. Maar altijd hartelijk. Zo herinner ik ze mij.

Ik was een middelmatige studente.
In de eerste kandidatuur was ik gezakt voor de eerste zittijd.
Mijn puntenscore was lamentabel, eerlijk gezegd.
Op een paar vakken na. Die vakken waar ik van hield.
Litteratuur ( had ik niet beter Romaanse gedaan?) en Inleiding tot het recht, onder andere.
Inleiding tot het recht was een vak dat gedoceerd werd door de Procureur- Generaal bij het Hof van Cassatie , Mijnheer Dumon Frédérique.
In die tijd was er een reuzegrote afstand tussen studenten en Professoren. Het zou niet bij ons opgekomen zijn om " Hoi Frédérique" te zeggen! We legden examen af op ons paasbest. De meisjes in een kleedje, de jongens in een pak. Zeker op de rechtsfaculteit.
Ik was dus gebuisd. En toen vroeg Eliane me of ik Professor Dumon eens wou ontmoeten?
Een droom....ja dus.
En ik mocht mee naar het Justitiepaleis, langs de achterkant, met de kleine houten lift, en ze klopte op de deur, diezelfde deur voor hetzelfde bureau als die waar zij 23 jaar later dezelfde functie zou bekleden...
En daar stond hij dan.
En ik was volkomen weggeblazen van bewondering die ik had voor die man, die echt een bijzonder lesgever was. Buitengewoon grappige voorbeelden aanhaalde ter illustratie van de wetteksten.
"Mijnheer Van Pipperzele...."...Studenten geneeskunde kwamen soms een les volgen, gewoon om het eens meegemaakt te hebben. Bijzonder.
Juffrouw, beloof me dat U deze zomer niet naar de vogeltjes uit het raam, niet naar de vlieg op de schouw, niet naar de kat of de hond kijkt maar naar uw cursussen....
Ik beloofde het plechtig, maar op anderhalve maand tijd kon ik de achterstand niet inhalen en ik dubbelde.
Tijdens de eerstvolgende zittijd was het laatste examen het zijne.
En weer behaalde ik een schitterend resultaat.
En Juffrouw Meunier, hoe hebt U het er deze keer vanaf gebracht?
Eh, goed denk ik, mijnheer.
Ja? We zullen het eens rap gaan weten !
En hij liet me alleen achter in het lokaal en beende naar de pedel.
Hij kwam terug en zei Juffrouw ,ik denk dat we U deze keer mogen feliciteren !

1996.
Annus horribilis.
Mama overleed, plots.
En ondanks de Dutroux affaire waar ze midden in zat kwam ze naar de begrafenis, met chauffeur en twee zwaantjes als escorte. En ze stond erop om een eerbetoon te geven aan mama.
Volledig uit het hoofd. Zonder een vel papier ....
En het was geen kleine speech.
Ze begon zo :
"Madame....." en ze boog haar bovenlichaam voorover ,als ultieme groet ...
Onvergetelijk.

Anderhalve maand later overleed mijn echtgenoot.
Hij was magistraat.
En opnieuw, ondanks alle heisa die ze beleefde op professioneel gebied, belde ze me om te vragen of haar aanwezigheid me  plezier zou doen .
Ja, antwoordde ik.
En daar was ze weer.
En alle magistraten die in toga rechts in de kerk zaten keken heel verbaasd op om hun top-baas aan de familiekant te zien zitten...

Ik heb een goede herinnering aan Eliane.
Mijn zussen en broer hebben allemaal hun eigen herinneringen aan deze bijzondere vrouw.
Maar ze was inderdaad iemand die het recht om het recht beoefende. En die daar niet van afweek.
Een nerd ,maar dan geen IT-er, maar een rechtsnerd...of bestaat dat woord niet ?.

In elk geval, de eerste vrouwelijke top-magistraat in België.
Tot hiertoe heeft niemand het haar nagedaan.

Adieu, Madame ....


mama en Eliane aan zee 





donderdag 25 oktober 2018

Dag Spotje....


Het is stil in huis.
Maandagmorgen werd Spot , onze Jack Russel van net geen 14 jaar, wakker en begon hij hard te kermen. Hij kon niet meer op zijn achterpoot steunen.
Geen millimeter naar voor of naar achter.
We dachten dat het na een tijdje zou overgaan, natuurlijk dachten we dat.
Hij had immers zondag samen met Cartouche nog een fikse wandeling gemaakt in een warme najaarszon waar we allemaal blij van werden.
Maar nu, nu was het anders. Neen, het ging niet meer.
De veearts onderzocht hem uitgebreid. Het kon zijn heup zijn, zijn poot, er werden RX genomen. Drie zelfs. Niets speciaals te zien.
Eén ding is zeker, zei ze, il souffre. Il a fort mal.
Ze gaf een ontstekingsremmer injectie en morfine om de pijn te doen afnemen, ze gaf pilletjes mee en we dachten dat het snel zou beter worden met onze dikke vriend.

De ganse dag kreunde en steunde hij. Niks hielp. Ondanks de forse dosis morfine, 's morgens en 's avonds. Precies of hij had zelfs geen aspirientje gekregen tegen de pijn !Hij kon zich niet verleggen, niet verzetten,niet naar buiten. We moesten hem dragen. Drinken brengen.
Eten wou hij niet.

Heel de nacht bleef hij kermen en wenen. 
Opnieuw naar de veearts. 
Il souffre, le pauvre.
Een andere medicatie, cortisone misschien ?
Waarschijnlijk een hernia , maar dan zou ik een scan moeten laten maken en een operatie is op die leeftijd zeker niet aan te raden....
Maar hij ziet erg af, zoveel is zeker.

Laat ons nog een dag afwachten. Misschien "pakt" de cortisone en is hij er binnenkort weer bovenop.

Ondertussen eet onze vriend nog steeds niet. Hij geeft aan te willen drinken door zijn lippen met zijn tong nat te maken en dan helpen we hem.
Hij kreunt nog harder als hij misschien naar buiten zou willen....en dan zetten we hem buiten, maar na een paar seconden valt hij om, of houdt hij zich kranig als er een dun straaltje het gras raakt. Wat een proper hondje toch.

Maar na zo'n drie dagen en nachten afzien vond ik dat het welletjes geweest was. Zo afzien is voor niks nodig en wat heeft dat hondje nu nog voor een leven. Dat kan toch niet langer.

De veearts begreep het helemaal . Jan minder . Maar al gauw begreep hij dat het niet anders kon. 
Hij was er het hart van in. Hij ziet er vreselijk van af.

En vanmorgen rond half twaalf was ik bij bij de veearts om definitief afscheid te nemen van onze oude vriend.
U moet er niet bijblijven hoor mevrouw.
Ja maar, ik wil dat wel, mag ik er bij blijven?
Uiteraard mevrouw. Dan doet U het voor hem !
Dat zinnetje was voor mij de trigger , het was eventjes te veel voor mij.
Maar ik herpakte me , legde zijn dekentje onder hem terwijl de veearts alles in gereedheid bracht .
Zo voelde de aarde toch wat warmer aan , dacht ik.
Hoe onnozel kan je zijn. Hart en rede, weet je wel?
En dan, na enige seconden was een lang gelukkig leven in drie verschillende landen voorbij....



Ik herinner me dat ik hem kocht van een Nederlandse collega bij ING, Onno Tettelaer. Echt waar, die heette zo. En zijn vrouw heette Alfonsine. Heel jonge ,sympathieke mensen ,met een heel oude naam. We gingen hem ophalen net over de grens, aan zee, in een kei-gezellig huisje. ik had er onmiddellijk kunnen blijven wonen. Het was een groot nestje en we konden nog kiezen. De kinderen hadden de hondjes allemaal een naam gegeven. Ik herinner me nog "Pomponnetje" . Hoe kom je erop hé? Omdat het zo'n dikkerdje was.
En Spotje, nou omdat hij zoveel vlekjes had. Veel spotjes, zei de kleinste! 

Spotje was een Nederlander en door bij ons te komen wonen werd hij Belg. En toen we drie jaar later naar Frankrijk verhuisden werd hij Fransman.
Straf hé. Drie nationaliteiten.

Hij paste zich onmiddellijk aan aan zijn nieuwe omgeving.
45 Hectares landbouwgrond en meer, pruimelaars, vijgenbomen en heel veel wild .
En Falco, de -voor hem dan- vreselijk hond van de overbuurvrouw Jeanette, die hem bijna eens verorberd had waardoor hij een week in z'n nest moest blijven liggen, genaaid van achter naar voor, non mais !

Een paar maanden na de verhuis kwam er groot geweld in ons huis, cartouche, de Epagneul Breton. Maar zijn beste vriend, behalve als er iets heel lekkers te verdelen viel, dan gromden ze naar elkaar dat het niet schoon was.
Spotje, die blafte en tekeer ging als we aanstalten maakten om te gaan wandelen, die altijd HEEL VEEL HONGER had en alles verorberde, behalve deze week.

Spotje mijn held, die me een doodgebeten slang als cadeau offreerde toen ik door sciatique geveld op de zetel lag en niet naar buiten kon.

Maar Spot ook die de laatste maanden 's morgens  niet meer mee de berg op wou, die potdoof geworden was en helemaal niet graag alleen gelaten werd.

Die steevast naar buiten wou als onze avondfilm begon , waar we ons dood aan ergerden trouwens !

Maar Spotje die voor altijd in ons hart is .

Als je geen huisdier hebt weet je niet wat zo'n aanwezigheid betekent.
En zelfs dan, zei Vera, als je nog nooit afscheid moeten nemen hebt van een huisdier weet je ook niet wat dat verlies betekent.
Ik wens het niemand toe, maar het is des levens , gémissons, gémissons,gémissons, mais espérons .
Dag Spotje, dag Poddie, dag Poddiewot, dag Spottiewoddie....








donderdag 4 oktober 2018

Werelddierendag ? Bedankt !

Cartouche's ontbijt: druiven!


In feite nog maar pas bekomen van ons hoornaarsnest beloofden we een super maaltijd aan Gilbert, hij had het wel verdiend en hij zou ons komen vertellen over al zijn avonturen in Madagaskar, "photos à l'appui" .

Ik bakte champignons, aardappeltjes in ganzenvet, een eitje met foie gras stond klaar...

En eens de mis en place voltooid was begon ik aan de vrij indrukwekkende vaat.

Eerst zou ik de afval van de groenten naar de compostbak brengen.
De zon stond al laag en belemmerde mijn zicht en het was dus in feite op automatische piloot dat ik naar de groenbak liep.
En bovendien was ik  diep in gedachten verzonken.
Vrij automatisch liep ik naar het einde van de tuin toen er iets zwart rond mijn voet gleed....
Een couleuvre ofte een veldslang...
Alle haren op mijn armen gingen rechtstaan.
Ik had mijn kom met groentenafval bijna in de lucht gegooid van het verschieten, maar in feite begon ik te lachen omdat ik dacht dat de slang al even hard verschoten was als ik....

Alletwee "AAAAAAAARRRRRRRRRGGGGGHHHHH" en dan vlug doorlopen of in het geval van de slang "doorglijden"...

Ik herinnerde me dat ik helemaal in het begin toen we hier kwamen wonen een hele lange couleuvre aan onze achterdeur zag kronkelen en ik bijna flauwviel van angst.
Jan heeft ze toen met zijn dikke handschoenen die aan de haard liggen,  vastgenomen en verder weggezet.
Hij was mijn held, mijn alles.....
En ook dat ik hem zei " ik denk dat ik hier niet blijf wonen Jan"...
Nu kunnen we erom lachen maar toen was het me feitelijk menens!

En zie 11 jaar nadien verschiet ik natuurlijk nog van een slang, maar val ik niet flauw, zelfs niet als ze mijn voet aanraken-per ongeluk!

Ik rende naar boven om het aan Jan te vertellen, en we herinnerden ons de eerste slang ten huize cigalou.


Gilbert kwam eten en liet ons alle foto's zien .

Veel variaties hagedissen, kameleons ,slangen, maar geen "wilde dieren", geen leeuwen, tijger of andere gevaarlijke roofdieren.

Ja zijn foto's waren mooi, maar zoveel slangen zouden voor mij al een volledige afknapper zijn: mij zien ze daar niet. Ondanks mijn wat overwonnen vrees voor de reptielen.

De volgende dag wou ik langs het meer de ochtendwandeling maken met de honden , in plaats van de berg op te gaan. Nu is het immers nog droog, veel te droog feitelijk. Het brandgevaar is alom tegenwoordig. Dagelijks horen we op de radio plaatsen dicht bij ons waar de brandweer moest uitrukken. Het is genoeg dat er een stukje glas in het veld ligt en dat de zon erop schijnt om alles in de fik te zetten.Ik mag er niet aan denken dat Jeanette een lucifer in de gracht zou gooien om alles "proper " te maken. Maar ik bedoel dat je het meer niet rond kunt als het geregend heeft, want dan heb je na 10 minuten aarden blokken aan je voeten in plaats van schoenen.

De honden renden naar het meer , ik kon ze amper volgen.
En ze liepen recht het water in. Dat was vreemd. Toen ik dichterbij kwam zag ik dat Cartouche zich in iets rolde.
Dat is slecht nieuws, dat betekent een dood beest, zeker weten. En dat wil ook zeggen dat ik hem moet wegtrekken van het kadaver en hem zo vlug mogelijk naar huis moet krijgen om hem onmiddellijk grondig -met veel shampoo- te wassen.

Maar wat ik toen zag tartte elke verbeelding...





de vis


Een enorme vis !
En stinken, ik werd er bijna misselijk van.
Maar hoe komt zo'n grote vis nu op het droge? Hoe kan zoiets ? 
Een visser - je mag hier niet vissen, maar hey, wie trekt zich daar iets van aan op het Franse platteland, hé ?
Of uit het water gehaald door een everzwijn? Zou dat kunnen ?
Genoeg nagedacht, nu Cartouche en Spot wegtrekken en naar huis !
Jan vragen zeker de achterdeur niet te openen, want stel je voor dat de honden zich in de zetels gaan nestelen .Ik mocht er niet aan denken.

Tot twee maal toe heb ik Cartouche moeten wassen.
Een ganse dag achtervolgde  die rotte visgeur me. Ik betrapte mezelf erop dat ik constant aan mijn T-shirt rook,   mijn handen naar mijn neus bracht, het bleef maar stinken.
Man, man,man.

Allez dat hadden we ook weeral gehad.

Toen ik 's avonds wat langer dan Jan naar TV zat te kijken hoorde ik iets vallen in de keuken.
Ik sloop naar de keuken en hoorde getrippel in de hot of achter de hot. 
Ik zet de hot aan.
En je kan het geloven of niet, een loir, een zevenslaper, een relmuis, noem het diertje zoals je wil, maar daar zat het, binnen in mijn huis, tegen de zoldering en de muur met zijn grote ronde ogen naar mij aan het kijken, en het rende weg naar de schouwopening.

Ik kon het niet geloven.
De slang, de vis en nu de loir ! Mô vent toch !
Waaraan heb ik dat nu weer verdiend.
Soit, de volgende dag grepen we in, het valletje werd weer boven gehaald en Jan dacht dat druiven misschien wel een goede lokaas zouden kunnen vormen.

Ik zette het valletje op het horizontale deel van de hot.

De volgende avond had ik al prijs : KLAK !
Relmuis gevangen, en onmiddellijk probeert het een uitweg te zoeken, begint het hysterisch te kangen aan het ijzeren raster .
Je hebt de indruk als je ze bezig ziet dat ze er binnen een paar minuten zo door kunnen.
NIet dus!
Ik liep naar boven, "Jan we hebben ze" en Jan de held kwam naar beneden, in zijn pyjama om het beestje- een mooi beestje trouwens, het gelijkt een beetje op  een eekhoorntje , buiten te zetten dus. Morgen zien we wel weer.

Je kan dat buiten niet loslaten, het zou vlugger terug op dezelfde plek zitten als dat jij de tijd zou hebben om weer naar binnen te gaan...



 
gevangen LOIR



Weg met dat beest. Het maakt zo'n kabaal, dat wil je niet meemaken! Als ik beneden aan mijn bureau zit en er zit zo'n loir op zolder, dan hoor ik dat tot beneden "rellen". Van links naar rechts, net of het aan het "jeu de boule" spelen is. Van alles rolt er dan door de zolderruimte. 

Maar het ziet er inderdaad schattig uit ,zoals mijn zus en mijn nichtje zeggen.


De dag daarop kwam Colin langs, de brave hond van de Engelse buren. Die vindt niets leukers dan dagelijks zijn gevoeg te doen op ons gazon.
Elke dag.
Maar Cartouche doet naar het schijnt vaak hetzelfde bij hem. 
Oog om oog, tand om tand.

Colin


Het is dus vandaag wereld dierendag.
Maar ik heb deze week meer dan genoeg dieren gezien, ik kan ze niet meer zien, ik heb er geen zin meer in, ik heb het gehad, ik pas, ze mogen ze hebben, op een ander !


Ik denk dat ik er wat overspannen door geraakt ben.